Gezondheid

Blauwtongvirus type 12 verspreidt zich beperkt

Op acht van de tien onderzochte bedrijven werd naast BTV-12 ook BTV-3 gevonden
Op acht van de tien onderzochte bedrijven werd naast BTV-12 ook BTV-3 gevonden

Blauwtongvirus type 12 verspreidt zich minder snel dan serotype 3. Serotype 12 heeft zich maar in beperkte mate verspreid binnen de met BTV-12 besmette bedrijven. 

Dat blijkt uit onderzoek van Royal GD, Universiteit Utrecht en Wageningen Bioveterinary Research. BTV-12 werd in september 2024 voor het eerst gevonden bij een schaap in Nederland. In november 2024 was BTV-12 op twaalf bedrijven gevonden. Naar aanleiding daarvan zijn tien besmette bedrijven onderzocht, waaronder zeven melkveebedrijven. 

Besmetting bij nog geen 3 procent van de koppel

Op deze bedrijven werd gemiddeld bij nog geen 3 procent van de dieren BTV-12 vastgesteld. Bij BTV-3 verspreidde het virus zich in het eerste jaar razendsnel over duizenden bedrijven. BTV-12 lijkt dus aanzienlijk minder besmettelijk. Waarom het virus zich trager verspreidt, is nog niet duidelijk. Mogelijk wordt het minder goed overgebracht door knutten of speelt een andere vorm van overdracht een rol. 

Co-infectie op twee bedrijven vastgesteld

Op acht van de tien onderzochte bedrijven werd naast BTV-12 ook BTV-3 gevonden. Op die bedrijven waren meer dieren besmet met BTV-3 dan met BTV-12. Doordat beide serotypen op de bedrijven voorkwamen, is het moeilijk te zeggen welk virus verantwoordelijk was voor de ziekteverschijnselen. De symptomen van BTV-12 kwamen overeen met wat eerder bij BTV-3-infecties is gezien: koorts, verminderde eetlust, vermagering, kreupelheid, daling in melkproductie en in sommige gevallen ook sterfte. Op de twee bedrijven waar alleen BTV-12 werd aangetoond, waren nauwelijks zieke dieren. Slechts 2 à 3 procent vertoonde ziekteverschijnselen. Op twee van de tien onderzochte bedrijven werd naast BTV-12 ook BTV-3 gevonden, wat aantoont dat co-besmetting met meerdere serotypes tegelijk mogelijk is.

GD adviseert: blijf alert

Veehouders wordt geadviseerd alert te blijven, vooral tijdens het muggenseizoen. Royal GD raadt aan om goed op klinische verschijnselen te letten, de vaccinatiestatus van dieren op orde te houden en maatregelen te nemen tegen knutten.