Vorig jaar bvd op 111 Nederlandse en 19 Belgische bedrijven

In 2024 vond Royal GD 407 bvd-dragers op 111 rundveebedrijven. In België waren er in de afgelopen 12 maanden slechts negentien bedrijven met bvd-circulatie.
Een jaar eerder vond Royal GD nog op 141 Nederlandse bedrijven dragers van bvd. ‘Omdat bijna de helft van de rundveebedrijven in Nederland niet in het privaat bvd-bestrijdingsprogramma zit, weten we dat het aantal gevonden dragers een onderschatting is’, vertelt dierenarts bij Royal GD Emma Strous in het meinummer van Veeteelt.
Helft van Nederlandse rundveehouders doet mee aan bestrijdingsprogramma
Op 31 december 2024 deed in Nederland 99,9 procent van de melkveebedrijven mee aan het privaat bvd-bestrijdingsprogramma vanuit de voorwaarden van hun zuivelonderneming. Daarvan had 91 procent de vrijstatus. Bij de overige niet-melkleverende rundveebedrijven is de deelname een stuk lager: slechts 19 procent deed eind vorig jaar mee. In totaal betekent dit dat eind 2024 zo’n 53 procent van de Nederlandse rundveebedrijven deelnam. ‘Daar is winst te behalen’, stelt de dierenarts.
Positief is wel dat de aanwezigheid van bvd op zoogkoeienbedrijven en kleinschalige bedrijven meedaalt met de melkveesector en volgens de laatste meting van Royal GD laag is.
Bvd is voor België bijna een exotische ziekte
In België is 99,9 procent van de rundveebedrijven vrij van het bvd-virus. De sinds 1 januari 2015 wettelijk verplichte aanpak is volgens dierenarts Stefaan Ribbens van DGZ vrij succesvol. Waar voorheen vijf op de duizend dieren drager waren, is dat nu nog slechts vijf op de twee miljoen. ‘Voor ons is het inmiddels een bijna exotische ziekte geworden en dat willen we graag zo houden’, vertelt hij.
Nederlands nationaal bestrijdingsprogramma wordt opgesteld
Minister Wiersma gaf in een Kamerbrief van 20 december 2024 aan dat ze samen met de sectoren streeft naar het zo spoedig mogelijk behalen van de EU-vrijstatus voor bvd. Hiervoor wordt een nationaal bestrijdingsprogramma opgesteld, dat wordt vastgelegd in een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB). Daarmee komt er nationale regelgeving die alle rundveehouders, dus ook niet-melkleverende bedrijven, verplicht om bvd actief te bestrijden.
Deelnemen aan het bestrijdingsprogramma blijft volgens Royal GD-dierenarts Strous de beste manier om bvd op te sporen, te monitoren en te voorkomen. ‘Hiermee kan de vinger aan de pols worden gehouden en de ziekte relatief snel worden opgemerkt’, stelt ze.
In de serie gezondheid in het meinummer van Veeteelt staat een uitgebreid artikel over bvd, met daarin de symptomen, de besmetting- en insleeproutes en aandachtspunten.