Maatschappij

Krimp veestapel kost ook 30.000 werknemers hun baan

Volgens vakbond CNV verdwijnen er voor iedere baan in de primaire veehouderij, drie banen in aanverwante sectoren
Volgens vakbond CNV verdwijnen er voor iedere baan in de primaire veehouderij, drie banen in aanverwante sectoren

Het uitkopen van veehouders in het kader van het Nederlandse stikstofbeleid kan ook tienduizenden werknemers in aanverwante bedrijven hun baan kosten.

Dit stelt vakbond CNV in een analyse. De vakbond pleit voor een overheidsplan om hoge werkloosheid te voorkomen, inclusief een fonds om dit te financieren.

Toeleveranciers en verwerkende industrie

Volgens CNV gaan er voor elke baan die verloren gaat in de primaire sector, drie banen verloren in aanverwante sectoren. Zo lopen ruim 30.000 werknemers het risico hun baan te verliezen als de veestapel krimpt. Hiervan is bijna een derde direct werkzaam in de dierhouderij. De rest werkt in bijvoorbeeld de agrarische dienstverlening, distributie, verwerkende industrie en de veevoerindustrie. De 30.000 banen betreft werknemers in loondienst. De banen van boeren zelf en zzp’ers zijn niet meegenomen in de analyse.

Vooral buiten Randstad

Het CNV wijst erop dat met name in regio’s buiten de Randstad werknemers die hun baan kwijtraken, minder alternatieven hebben voor ander werk. Als voorbeeld wijst de vakbond op de grote zuivelindustrie in Friesland die zwaar geraakt zou kunnen worden. Bovendien zijn de werknemers van wie hun baan op de tocht staat gemiddeld wat ouder en zijn ze vaak praktisch geschoold. Dit bemoeilijkt het vinden van ander werk. De meeste mogelijkheden ziet de vakbond in de zorgsector en het beroepsgoederenvervoer.

Geld uit uitkoopregeling

Het CNV dringt er bij de overheid op aan om een plan te maken om hoge werkloosheid in sectoren aanverwant aan de veehouderij te voorkomen. Voor de uitvoering van dit plan zou in de uitkoopregeling ook geld moeten worden gereserveerd, bijvoorbeeld om mensen naar ander werk te begeleiden of om te scholen.