Kijk op Mais: afrijping mais kan nu snel gaan
In veel regio’s bedraagt het drogestofpercentage van de snijmais al meer dan 30 procent. De komende dagen kan de afrijping dankzij de goede weersverwachtingen snel gaan en komt het oogstmoment in zicht.
Dat stelt Arnee Korevaar, productmanager rundvee bij De Heus, naar aanleiding van de wekelijkse maisdata in het project Kijk op Mais. ‘Op een tiental percelen in Nederland en Vlaanderen meten we wekelijks het drogestofpercentage’, legt Korevaar uit. ‘Door het natte jaar is er een grote spreiding in zaaidata. Die variëren van 2 mei tot 18 juni en daardoor is de variatie in het afrijpstadium ook erg groot.’
Mais toont veerkracht
Ondanks dat 2024 volgens Korevaar geen topmaisjaar zal worden, zijn de maispercelen afgelopen maanden wel flink bijgetrokken. ‘De plant is bijgekleurd en doorgegroeid en ook de kolfontwikkeling heeft zich doorgezet. In de zomer zagen we de kwaliteit en opbrengst somber in, maar mais toont zich weer een veerkrachtig gewas.’
Afrijping één procent per dag
Afgelopen week is het drogestofpercentage op de proefpercelen gemiddeld met een tot twee procent gestegen. In Harich en Oploo komt het oogstmoment in zicht. ‘Het streven is om mais te oogsten tussen de 36 en 38 procent droge stof. Daarmee krijg je een frisse en goed benutbare maiskuil voor de koe. Bij zonnig weer en een warme oostenwind kan mais nu zo maar één procent per dag afrijpen’, voorspelt Korevaar. ‘Houd je percelen goed in de gaten. De maisplant blijft door veredeling de laatste jaren steeds langer groen, maar toch kan de kolf al voldoende rijp zijn. Loop dus regelmatig je maispercelen in om te kijken hoe het staat met de afrijping, om op het optimale moment te kunnen hakselen.’
Arnee Korevaar, productmanager rundvee bij De Heus:In de zomer zagen we de kwaliteit en opbrengst somber in, maar veel maispercelen zijn flink bijgetrokken
Gemiddeld een tot twee weken achter
Vorig jaar werden in week 38 de eerste proefpercelen geoogst. Dat is vergelijkbaar met dit jaar. ‘Gemiddeld loopt de afrijping echter een tot twee weken achter met vorig jaar.’ Het lijkt er volgens Korevaar echter op dat het grootste deel van de mais nog prima rijp kan worden. ‘Maar er zijn grote regionale verschillen. In de regio’s waar het dit voorjaar echt erg nat was, is er half juni nog mais gezaaid. Die percelen bevatten nu nog maar net twintig procent droge stof. Het is de vraag of de mais op die percelen nog rijp gaat worden. Dat gaat de tijd leren; goed zonnig weer kan nog veel doen’, aldus Korevaar. ‘Tot ongeveer 15 oktober zal de afrijping door blijven gaan. Daarna kunnen die percelen beter zo snel mogelijk gehakseld worden, omdat de planten daarna niet verder afrijpen en de kwaliteit hard achteruitgaat.’
Op de site Kijk op Mais worden de drogestofpercentages van de proefpercelen elke dinsdag aangevuld.