Stikstof

Stikstofoverschot landbouw op laagste niveau sinds 1990

Door de hoge opbrengsten van kuil- en weidegras voerden veehouders meer stikstof van het land af via ruwvoer
Door de hoge opbrengsten van kuil- en weidegras voerden veehouders meer stikstof van het land af via ruwvoer

De Nederlandse landbouw heeft in 2023 het laagste stikstofoverschot gerealiseerd sinds de start van de metingen in 1990. Het stikstofoverschot kwam uit op 265 miljoen kilo. 

Dat is 14 procent lager dan het jaar ervoor en 57 procent lager dan in 1990. Dat blijkt uit de Mineralenbalans landbouw van het CBS. 

Vooral minder stikstof in bodem

Het stikstofoverschot in de landbouw is het deel van de aangevoerde stikstof dat niet wordt omgezet in landbouwproducten, maar in de bodem achterblijft of verdwijnt naar de lucht. In 2023 bleef de hoeveelheid stikstof die naar de lucht verdween vrijwel constant (83 miljoen kg), maar daalde vooral de hoeveelheid stikstof die in de bodem terechtkwam (182 miljoen kg). 

Natte zomer oorzaak

Het CBS schrijft de daling toe aan de natte zomer van 2023. De opbrengsten van kuil- en weidegras waren daardoor hoog. Ook het stikstofgehalte van het gras lag hoger dan het jaar ervoor. In totaal voerden veehouders 281 miljoen kilo stikstof van het land af via ruwvoer. Dat is 23 procent meer dan het jaar ervoor. 

Ook voerden veehouders via krachtvoer vier procent minder stikstof aan. In totaal ging het om 396 miljoen kg. Dat is deels door een lager stikstofgehalte in krachtvoer. Ook speelde mee dat er minder varkens en kippen zijn, waardoor het krachtvoerverbruik is afgenomen. 

Meer aanvoer via kunstmest

De stikstofaanvoer via kunstmest (193 miljoen kg) nam juist iets toe. Het jaar ervoor daalde het stikstofgebruik via kunstmest behoorlijk door de hoge kunstmestprijzen

Ook scheidde rundvee in 2023 via de mest bijna twee procent meer stikstof uit, voornamelijk doordat het ruwvoer meer stikstof bevatte. De rundveeaantallen bleven vrijwel gelijk.